Er valt over en in oktober heel erg veel te lezen.
Steeds weer zal er nieuwe proza en poëzie wezen
over die najaarsmaand, die zo fantastisch inspireert
tot verwoorden van allerlei dat de natuur ons dan leert.

Eén afgevallen blad, bruin of groen,
kan tot een nieuw, dik boekwerk leiden.
Er zijn vast wetenschappers die dat doen,
kennis neemt toe, dat valt niet te vermijden.

Naast flora reikt de fauna in het najaar voorwaar
per dier, bijvoorbeeld een mier, gigantisch veel aan.
Het is teveel gevraagd daarmee aan de slag te gaan,
maar er kwam wel een nieuw vers over Dierendag klaar.

Werelddierendag, op 04.10, datum die talloze mensen kennen,
waarop ze haast wereldwijd hun huisdieren extra verwennen.
Steeds meer groeit besef hoezeer we dieren verwaarlozen,
heel hypocriet alleen onze lievelingsdieren minnekozen.

Er zijn dierenactivisten die allang zeiden wat ze wisten:
“Zoals wij met dieren omgaan leidt tot grote rampen.”
Doof, blind bleven we aan gebruiken vastklampen,
gaan steeds meer zien hoezeer we ons vergisten.

Nader definiëren wordt door velen en steeds meer gedaan.
In dit vers wil ik met één gedachte en oproep volstaan:
geef op Dierendag de vrije vogels vetbollen te eten
en wil beest consuméren meermaals vergeten.