Het nieuwe jaar
is nog geen dagje oud
of alle glans
lijkt in de nacht verdwenen
de hoornblazers
en de zilveren trompetten
klinken nog na
maar even snel
als wolken die verdwijnen
in  zonnespel
is alle schittering gedoofd
en wat ons door de koning is beloofd
lijkt voor de komst van morgen
al geroofd door hoge vogels
die de sterren tarten
toch blijft er vreugde in de harten
de moed om voort te gaan
is ons gebleven
en morgen wenkt
als iedere morgen
in het komend jaar
het wonderschone leven