Geheel anders? - Alie Holman

Soms kost het slechts één zetje
om een grens te overschrijden
voorbijgaand aan Gods wetten
gegrift diep in mijn hart
en is het te vermijden
kan iemand het beletten
of dwaal ik van de koers af
en raak ik lauw, verward?

Soms kan het me verbazen
die onverwachte wegen
waarop ik door blijf lopen
mijn blik gericht omhoog
daar spreek ik zelfs van zegen
maak nieuwe deuren open
verwoord ook rap mijn keuze
in een wonderlijk betoog.

Het anders staan in ’t leven
wordt dat niet afgenomen
ga ik op volle toeren
met God zelfs in ’t vizier
en wordt mij niets ontnomen
of zal het mij eens vloeren
verwordt het tot een puinhoop
als ik de teugels vier?

Dat wat mij eens geleerd is
is dat nog te bemerken
Gods zuiverheid, de reinheid
jaag ik dat achterna
zodat Gods Geest kan werken
of wijk ik van de waarheid
kan ik Gods woord bewaren
tot ik ook voor Hem sta?

Filippenzen 4:8-9

Ik wil Hans Cieremans bedanken voor het doorgeven van het stokje aan mij.

Het gedicht 'Geheel anders?' heb ik geschreven omdat ik al langere tijd aanliep tegen diverse dingen wat een enorme worsteling gaf, ik begon het gedicht daarom in eerste instantie met onderstaande strofe, die ik vervolgens toch maar weer wegliet.

Soms lijkt het haast op oorlog
die chaos diep van binnen
de vragen van het leven
verworden tot een strijd
de noodzaak te bezinnen
het goede na te streven
te denken aan genade
want dat brengt eeuwigheid

Ik vroeg me af moet ik dit doen en dit gedicht uitleggen, maar God bevestigde het meerdere malen, vandaar dat ik het toch doe. Sommige dingen die je tegenkomt zijn confronterend, onderwerpen die aangesneden worden waarvan het eigenlijk altijd zo duidelijk was dat het niet naar Gods wil was en ineens is de stap naar een andere manier van omgaan met deze dingen gezet. Soms is een simpele opmerking van iemand voldoende om een stapje in een andere richting te zetten, de vraag is en blijft of we niet vast hadden moeten houden aan dat wat in ons hart gegrift staat en wat ons geleerd is vanuit Gods woord. Wat eerst een onmogelijke stap leek, wordt dan toch gezet en de grens die ik eerst stelde is overschreden en de daaropvolgende stap wordt daarmee eenvoudiger.

In strofe 2 heb ik het over de verwoording van de stappen die ik of anderen nemen. We richten onze blik naar boven, we spreken over Gods wil en Zijn zegen en toch doen we een stap waarvan het de vraag is of die goed is en we weten het zo te verdedigen en te verwoorden dat het ook heel aannemelijk is en daarmee wordt een ander ook eenvoudig over de streep getrokken.

In strofe 3 laat ik die worsteling zien. Als ik de teugels laat vieren en minder strak omga met de wil van God, met de bijbelse normen en waarden, de wetten en geboden en de dingen die Gods woord ons leert zal dat niet op den duur mij ten gronde richten en vloeren, zal niet mijn hele houvast onderuit gehaald worden als ik zo door zou gaan? Je kunt naar anderen kijken en vervolgens denken; zij kunnen zo ook leven en zijn ook gelukkig, zij denken niet overal zo zwaar over na en gaan hun gang en genieten. Ja dat is wel waar, maar waar leidt het toe? Waar leidt het toe als ik de teugels zou laten vieren en een bepaalde vrijheid ga nastreven, zal deze vrijheid dan niet juist leiden tot gebondenheid?

In strofe 4 heb ik het over de zuiverheid en goedheid. Ik baseer dit ook een beetje op filippenzen 4:8 en 9. We maken keuzes, verwoorden het fantastisch, heel aannemelijk en toch is het de vraag of die keuzes naar de wil van God zijn.
Zijn wij nog als zoutend zout? Kan dat in deze tijd nog? Zoutend zout wordt steeds vaker te zout gevonden, wij zijn anders, niet van deze tijd wordt zelfs door medechristenen tot sommigen van ons gezegd. Wie jaagt nog het reine en God welgevallige na? Wat is straks nog het verschil tussen mij en die ander, waaraan kan iemand nog zien dat ik God dien? Is dat te zien aan mijn handel en wandel, aan de dingen die ik verkies in het leven? Of word ik meer en meer gelijkvormig aan die ander. Het belangrijkste wat in mijn worsteling naar voren kwam is toch dat als ik de teugels laat vieren ten opzichte van wat mij geleerd is vanuit Gods woord en mijn kinderen laten weer te teugels vieren ten opzichte van wat ze van mij meekregen vanuit Gods woord, hoeveel blijft er van Gods wil en Gods woord overeind staan na zoveel generaties?