Ik ben een man in Israël
zonder naam
verlamd
niet kunnen gaan
of staan
liggend wachten
op mensen
die mijn leed
verzachten.

Ik ben een man in Israël
zonder naam
verlamd
leven met
een traan
jaren verlopen
zonder hoop
dat ik ooit
zal lopen

Ik ben een man in Israël
zonder naam
verlamd
maar niet alleen
vier vrienden
om mij heen
de liefde die ze geven
geeft mij de moed
te leven.

Er is een man in Israël
Jezus is Zijn naam
we hebben van
Hem vernomen
zieken, blinden
zijn tot Hem gekomen
wij dromen
en wij gaan
en komen bij
de Meester aan.

Er is een man in Israël
Heiland is Zijn naam
drommen mensen
zijn gegaan
het huis is vol
ze moeten buiten staan
we kunnen er niet bij
niemand gaat opzij
groot en klein
willen bij Jezus zijn.

Er is een man in Israël
Redder is Zijn naam
door het dak zijn
wij tot Hem gegaan
Jezus kijkt naar boven
ziet in onze ogen
een vast geloven
mijn vrienden
laten mij nu neer
voor de voeten
van de Heer.

Er is een man in Israël
Verlosser is Zijn naam
zonden en ziekte
moeten gaan
redding wordt
gebracht
mijn lichaam krijgt
weer kracht
niet langer lig ik neer
‘k spring op van
vreugde in de Heer.

Ik ben een man in Israël
God ziet mij aan
geeft mij een
nieuwe naam
door vrienden
die bidden
en dragen
voel ik Zijn liefde
als een mantel
om mij heen
geslagen.

n.a.v. Markus 2:1-12
‘genezing van een verlamde’