De Heer kon met één handgebaar
iets maken, rechtstreeks, kant en klaar,
een wijn uit niets creëren.
Maar Hij koos voor een leerproces
met vaten, water, hen tot les,
want ieder moest Hém eren.

Een blinde man zat langs de straat,
men vroeg zich af: Wie deed er kwaad,
is dit zijn straf op zonden?
De Heer keek er héél anders naar,
want niemand hier was het bezwaar,
maar dat zij Hém verstonden.

Eens ging een vriend van Jezus heen,
de and’ren wisten: Hij alleen
kan hem tot leven wekken.
De Heer wachtte zó lang, totdat
er niemand hoop op leven had,
’t moest tot Zíjn glorie strekken.

Johannes 1:14 - 2:11 - 9;3,4a - 11:4