Takken zwiepen wild op en neer
Grauwheid vervult onze korte dagen
Windvlagen ze hinderen het verkeer
Mensen zuchten steunen en klagen

Golven water beuken op onze kust
Haar schuimkoppen in het wit gehuld
Stormwinden geven de zee geen rust
Ze heeft nu alles met haar kracht gevuld

Mensen lopen gebogen ontnomen hun licht
Langs kale bomen, schaduwen zij ontbreken
De wintermaand ontneemt de zon haar gezicht
De donkere dagen openbaren bij velen gebreken

Maar stil eens…hoor ik nu mooie gezangen
Kind en ouder verheffen samen hun stem
Ze zingen kerstliederen met een eerbiedig verlangen
Zij bezingen het Kind uit de stal van Bethlehem

Grauwheid heeft op hun geen macht
Ze hebben het Kerstkind in hun midden
En zingen allen tezamen stille en heilige nacht
Waarna ze gezamenlijk het Kindeke aanbidden

O ja de storm woedt ook wel in hun leven
Golven beuken ook op hun gevoelens neer
Maar kracht om door te gaan wordt hun gegeven
Door het Kerstkindje Jezus hun geboren Heer

In hun hart brandt een nieuw ontstoken licht
Het verdrijft de grauwheid uit hun bestaan
Zij worden allen uit liefde op dit Kind gericht
Zodat zij in Zijn glans verder kunnen gaan.

Nieuw ingezonden gedichten