Heer, Gij zijt oneindig groot
wie is een God als Gij zijt
Gij kent onze diepste nood
Gij vergeeft ongerechtigheid
en ook overtredingen
dan zijn die voor U voorbij
zo handelt U met dingen
ik bid u Heer, doe dat ook mij

Uw toorn is niet voor altijd
immers, U schept behagen
in de goedertierenheid,
in al onze levensdagen;
met ontferming keert U weer,
onz' ongerechtigheden
die zult U vertreden, Heer,
ook alle uit ons verleden


wie is een God als Gij zijt
Gij kent onze diepste nood
en mijn ongerechtigheid
ik ken die als oneindig groot
elke dag neem ik ze mee
ik bid U: mag ik vragen
wil het werpen in de zee
naar Uw eeuwig welbehagen

bij : Micha 7 : 18 en 19