DE BRUID

Het lied der liederen, is aan mijn geliefde gewijd,
zijn liefde is kostelijker dan de beste wijn.
Vertel mij mijn liefste waar bent u, zodat ik mij verblijd.
Trek mij achter u mee, haast u, laat mij bij u zijn.
De zon heeft mijn donkere huid verbrand.
Waarom zou ik als verscholen gesluierde vrouw
en bewaakster van de wijngaard langzamerhand
ten onder gaan aan volgzame plichtsgetrouw.

DE BRUIDEGOM

Bekoorlijk zijn haar wangen tussen haar sieraden.
Gij zijt schoon, uw ogen als duiven in uw bruidsluier
zijn als trosjes hennabloemen op al mijn paden.
Mirre nardus en wierook ruik ik als ik met u kuier
tot de avondwind waait en de schaduwen voorbij vlieden.
Hoe kostelijk is uw liefde, mijn zuster, mijne bruid
die opgaat als de dageraad, verlost van de krijgslieden.
Ik daal af naar de notelaren, middenin het zanggeluid.
Walter Tack