Ter ere van God schrijf ik gedichten,
wat al denkend en voelend vreugde geeft.
Op papier tikt en draait de pen rond, streeft
ernaar hart en brein spoedig te verlichten.

Toont mijn geloof misschien twee gezichten?
Hoe heb ik in het daagse doen geleefd?
Wat het doordachte geschrevene heeft,
moge zich naar nuchter bewustzijn richten.

Vrij van gedachten me toevertrouwen
aan de ruime genade van onze Heer
is waar ik elke dag op mag bouwen.

Het kleine ogenblik verwijst steeds weer
naar verborgen daad, die nooit wil lauwen,
maar de ziel sterkt tot 's Vaders eer.