God roept één mensenkind
uit alle volken
die uitgroeit tot zijn volk
geeft hen
op weg naar het beloofde land
regels voor het leven
Hem liefhebben bovenal
de naaste als zichzelf

en onderweg
door de woestijn
zegt Hij
bouw Mij een tent
plek van ontmoeting
want Ik wil
bij jullie wonen
met jullie kuieren
als voorheen
vertrouwelijk praten
zoals vrienden doen

en door de eeuwen heen
laat Hij ons weten
wat Hem
daarbij voor ogen staat

God zendt de Mensenzoon
Hij spreekt
van vriendschap met zijn Vader
wonen in ieders hart
zo diep en onverbrekelijk
wil Hij
met ons verbonden zijn

door deze Mensenzoon
ben ik
geworden tot een aardse tent
waarin Hijzelf
is komen wonen
mag ik dagelijks
met Hem wandelen
vertrouwelijk spreken
als een vriend
beschouwt Hij mij
als zijn geadopteerde kind
mag ik Hem
Abba Vader noemen

met velen
uit al de geslachten
van de aarde
maakt Hij ons tot één volk
van koninklijke priesters
om te vertellen
van Gods grote daden
met woord en daad elk ander
tot ontmoeting nodigend
beginnend in mijn eigen dorp
tot aan het eind der aarde