Heb jij dat ook dat je geen licht kunt vinden,
Als het in de nacht zo donker is?
En huil jij dan ook eindeloze uren,
Omdat je de man naast je zo mist?

Denk jij dan ook: “ik ben totaal verlaten,
Geen warme hand, geen arm meer om mij heen?
Wat moet ik verder nu nog op deze aarde,
Wat is de zin ervan, zo helemaal alleen?

Ken jij ze ook, de mensen die je “troosten”,
Met altijd weer het verkeerde woord?
Van flink te moeten zijn, de draad weer op te nemen
Alsof ze nooit van”gebroken zijn” hebben gehoord?

O ja, ze zullen het heus wel goed bedoelen.
Ze wijzen je op het vele wat je nog hebt.
Maar zij kunnen immers niet echt voelen
Wat jij voorgoed verloren hebt.

Heb jij dat ook, dat je niet meer kunt bidden
Omdat de pijn te groot is in je hart?
Zodat je het juiste woord niet weet te vinden
Dat duidelijk maakt de omvang van jouw smart?

Misschien als wij nu samen de handen vouwen
En zeggen : “Vader, onze Vader” en anders niets,
Dat Hij dan geeft een nieuw vertrouwen
En ons gebroken hart een schuilplaats biedt.