Ik werd geboren met de zon in mijn hart
 Een hart dat altijd blijft hopen
 Het zoekt kleuren ook in het donkerste zwart
 En naar een deur ergens wel open.
Een hart dat altijd een uitkomst wel ziet
 Ook al zijn mijn ogen vol tranen
 Een hart dat van kleine vreugden geniet
 Ziet in het donker nog lichtende banen.
Een hart dat in de diepste duisternis
 Toch in het Licht blijft geloven.
 En in een Hand die veilig mij leidt
 Naar mijn Vader, mijn Schepper, daar boven.
Een hart dat zich klein weet en zonder kracht
 Maar ondanks dat toch blijft geloven
 In kracht die in zwakheid wordt volbracht
 Een hart dat de Schepper blijft loven.
Ik werd geboren met zon in mijn hart
 Daarvoor, Heer, wil ik U danken.
 Want onder verdriet, rouw en bittere smart
 Hoort mijn hart toch Uw hemelse klanken.
Amen.
 
                    
-