De nacht was stil, de herders waakten
een ster stond helder aan de lucht
Engelen zongen, mens en dier ontwaakten
de wereld slaakte een verlichte zucht
De Heiland was hen nu geboren
daar in die kleine Bethlehems stal
Engelenbazuinen lieten het horen
dat Hij eens Israëls Koning wezen zal.

Reeds toen duurde de vrede slechts even
Herodus vreesde voor Zijn macht
hij ontbrandde in een vruchtloos streven
heeft de kinderen in Bethlehem omgebracht
Hij wilde toen reeds Jezus doden
was slechts op eigen eer en roem gericht
duldde geen andere koning der Joden
maar ontving toen van de wijzen dat bericht.

Al heel snel was die stille nacht vergeten
Die nacht daar in Efraïms stille veld
Niemand wilde meer van het wonder weten
Door de engelenkoren toen verteld
Jezus werd verguisd, gehoond, gepest
al stond men door Zijn wonderen versteld
werd Hij weer door de farizeeën getest.

Jezus bracht niet wat men toen verwachtte
Hij was niet de aardse koning in Israël
En al speelde men toen met die gedachte
Hij weigerde en waarom? Dat weten wij nu wel
Maar de mensen waren toen “des duivels”
want Koning Jezus deed niet hun wil
hun verontwaardigde reacties waren hels
doodden Hem aan ’t kruis, nu is deze zaterdag zo stil.