Daar hangt Hij
mijn Heiland,
niet één hand vrij!
Vast genageld
gemangeld
op het hout.
Ook Zijn voeten
zijn doorboord.
Zo wil Hij boeten,
terwijl Hij aanhoort:
het gespot,
dat doordringt tot op Zijn "bot"!
De meesten laat het koud,
dat Hij daar hangt aan het hout.
Wie hebben dit nu gedaan?
Liep ik misschien vooraan?
Hebben niet mijn zonden;
geroepen: Kruis Hem, Kruis Hem,
wat kwam uit vele monden,
was daar ook niet bij, mijn stem?
Ja, ook ik heb dat gedaan!
Jawel, ik liep vooraan,
bracht Hem naar Golgotha!
'k Wist van geen genâ.
Mijn zonden
brachten Hem die wonden,
in handen en voeten,
die Hem deden boeten!
Maar ten laatste,
was het daar ter plaatse:
Dat Hij riep met kracht:
Het is volbracht!
Er is weer genâ,
verworven hier op Golgotha,
door Mij;
voor wie?....Ja, ook voor mij!