Wat nuttigheid krijg ik uit Zijn geboorte; maar,
dan bijzonder uit Zijn heilige ontvangenis.
Heel veel nuttigheid, maar dit is waar
en het grootste, dat Hij mijn Middelaar is!

Hij is voor mij gekomen tot een bedekking.
Waarvoor dan? Voor al mijn zonden,
omdat Hij onschuldig en heilig is bevonden
en er zo in mijn hart mocht zijn: een opwekking.

Een opwekking uit mijn zondenstaat
Omdat ik in zonden ontvangen en geboren ben.
En als u mij vraagt, hoe dat bestaat:
Kan ik alleen omhoog wijzen; naar Hem die ik ken.

Ja, wat meer is;Hem heb ik lief,
omdat Hij mij eerst heeft liefgehad;
Met een eeuwige liefde en daarom aanbad,
ik Hem in verwondering, want Hij bevestigt het in Zijn "brief".

Zo bedekt Hij mij voor Gods aangezicht,
voor alles wat ik heb aangericht,
door mijn zonden en nu verdien ik straf,
maar mag Hij mij bedekken en doet mijn zonden veraf!

                                (n.a.v. vr. en antw. 36)