Je verliest jouw meest geliefden aan de dood en aan het leven.
In de loop der jaren heeft God me echte vrienden gegeven.

Met één vriendin kan ik al 35 jaar leed en vreugde delen.
Een andere kwam op het juiste moment, achttien jaar geleden.
Haar praktische hulp en luisteren, deden een aantal wonden helen.

In 2002 kwam een vriend, vele jaren jonger dan ik, op mijn pad.
Toen zijn vrouw en hij kort erna hun eerste kind verwachtten
zeiden ze dat hun zoon graag een derde oma aan me had.
Ook voor de beide meisjes die erna het levenslicht zagen
oma zijn sprak welhaast vanzelf, zonder nadere vragen.

Een tweede jongere vriend, zijn echtgenote en ik,
kwamen in 2018 op wonderlijke wijze op elkaars pad.
Toen ze ’s middags kwamen kennismaken zei zijn vrouw
bij vertrek dat ze hem kort voor hun reis naar mij verteld had:
“Naar menselijke verwachting zit er gezinsuitbreiding in het vat.”

Ze vernamen na een tijdje dat ik “oma” was voor drie ukken.
Zou een derde oma zijn voor hun aanstaand kindje mij lukken?
Verwonderd, beduusd, deed dat eervolle verzoek me zóveel deugd!
“Natuurlijk, graag” zei ik ontroerd, “hoe meer zielen, hoe meer vreugd.”

God gaf mij, een vrouw die nooit kinderen kreeg, geschenken.
Zó mooi, zó prachtig had ik zelf niet kunnen bedenken.
Vrienden maken deel uit van mijn levensverhaal,
alsook “mijn” vijf “kleinkinderen” in totaal.

 

2 augustus 2020