Een zondag in maart,
de lente kwam eraan.
Ik liep onder de eerste
zonnestralen, over een kerkhof.
Ik voelde me raar.
Wat deed ik hier?
Amper de jeugd ontgroeid
en ik vulde reeds mijn dagen
met het bezoeken van graven.
Ik was alleen, met hen rondom
me heen.

Wie had hier wat verloren?
Ik
Wie had hier wat te zoeken?
Niemand

De vogels tsjilpten, braken de stilte,
die mij reeds veel eerder brak.
Ik zag zijn grafsteen terwijl
mijn hart versteende
uit angst te breken,
bij het lezen van zijn naam,
van hij die had bestaan.
Ik liet een traan,  gedachten
verzonken in dromen over andere tijden,     
tijden alvorens hij was heengegaan
ver hier vandaan.
Naar een andere wereld waardoor
ook de mijne veranderen zou.
Voor altijd denk ik aan hem
met alleen maar spijt en niemand
die mij benijdt of begrijpt.


 

ingezonden 31 oktober 2004