Ze had hem in haar leven
zo innig liefgehad,
maar plots moest zij hem missen,
haar allerliefste schat.
Ach ja, het noodlot vraagt niet
of je alleen kunt zijn
en wel wilt achterblijven
met zoveel zorg en pijn.

Rondom haar was het eenzaam
en uitgesproken kil.
In haar benauwde woning
werd alles eind’loos stil,
totdat ze zelf verstilde
en eig’lijk niets meer wist.
Was hij haar wel ontvallen
of had ze zich vergist?

Ze leeft thans in een wereld
die niet de hare is.
Daar deelt ze met de stilte
haar troosteloos gemis.
Totdat de tijd zal komen
dat alles is voorbij.
Dan zijn ze saam verenigd
en eindelijk weer blij!

Frits Deubel

14 februari 2006