De jaren van mijn jeugd lagen vergeten
op bladzijden, dag na dag geschreven
de tijd liet zich niet lenen tot het lezen
tot de ziel zelf weer tot mij kwam spreken.

Zij kende nog ieder woord, iedere zin
die ik vergeten was; sprak zij weer in
zo kregen zij een tweede kans op leven
na jaren in de kast, onbelangrijk te wezen.

Jaren lagen zij daar - hard ingevroren
geen adem of zuchtje viel er te horen
tot een plots voorval alles deed oplaaien
en alle emoties weer gingen ademhalen.

En langzaam werden de jaren opnieuw herboren
herinneringen die onsterfelijk blijven scoren
Niet één woord was er uit te vegen...
want de hand van God had meegeschreven.