Met weemoed zie ik het blad verkleuren,
Het groen maakt plaats voor geel en rood.
Nog even dan is ook dat verdwenen
En staan de bomen naakt en dood.

Het mooie van de zomer is verdwenen
‘k Hoor nergens meer een vogel lied
de bloemen zijn verlept, verdort, gestorven
het is het verval wat men nu ziet.

Maar herfst is ook de tijd van oogsten
Wat groeide in de zomerzon
Is nu op weg naar volle rijpheid
Nu zie je pas waar het om begon!

Straks brengt de lente weer nieuw leven.
Die dode bomen? Dat is maar schijn
Ze zullen straks weer prachtig groen zijn
En stralen in de zonneschijn.

Wat heerlijk toch, dat alles eens weer nieuw zal wezen.
De dood heeft niet het laatste woord.
Wij mogen wachten op nieuw leven
Dat door geen sterven wordt verstoord.