Ik vond je,
gekwetst en moedeloos,
ineengedoken 
aan de trappen van de metro.
jouw kind en koffer 
omklemmend
je huis gebombardeerd,
jouw familie vermist.

Jij, de overlevende,
wil ik bij de hand nemen.
Ik wil je de weg wijzen
naar de wereld
van vreedzame mensen,
ver van jouw verwoest
en chaotisch land.

Daar zal de zon
weer oprijzen
uit de nevels
van jouw ellende.

En ik zal stil 
naast je blijven staan,
en met je meegaan,
tot je opkijkt
en dat krachtige moment
zal kennen,
waarop je weer verder
zal willen gaan.

Want, weet je,
er is een God
van gerechtigheid,
ook voor wie 
onmenselijk was!