Het sluipt de zomer binnen,
steeds langer wordt de nacht.
De herfst gaat stil beginnen,
er is een koude tijd die wacht.
Natuur gaat maar gewoon haar gang
en laat gekleurde blaadjes vallen.
De kilte maakt een beetje bang,
wat moet dat met ons allen?

Licht glijdt uit de kille dagen.
De zon achter een donkere wolk.
De tijd met vele vragen,
een slag voor volk tot volk.
De horizon van ons verwachten
strekt zich steeds verder uit.
Wat kan de pijn verzachten,
wat is er dat de onrust stuit?

De tijd trekt langzaam verder,
maar God verlaat ons niet.
Hij is de goede herder
die echt wel naar Zijn kudde ziet.
Ik mag dat niet vergeten.
Al gaan de lichte dagen dicht.
'Heer laat me dat toch zeker weten,
en laat me wandelen in Uw licht.'