De zomer is in volle gang,
de nachten kort, de dagen lang,
genieten, ongedwongen.

Bloemen bloeien in geur en kleur,
in onze tuinen om de deur,
hoezeer kan dit bekoren.

Ook bermen springen in het oog,
regenbuien met de boog,
die d' aarde doen verjongen.

De vogels zingen erop los,
in struikgewas en naaldhoutbos,
een feest voor wie wil horen.

Een zwaluw scheert gevaarlijk laag,
wordt nimmer moe van het gejaag,
op voedsel voor haar jongen.

Al kwett'rend onder groot misbaar,
maken musjes hun badje klaar,
bij 't eerste ochtendgloren.

De Heer bepaalde dag en nacht,
elk jaargetij’ in volle pracht
door velen reeds bezongen.

Zo geeft de Schepper ook aan mij,
flora en fauna, dit getij’,
schoner als ooit tevoren!

Psalm 74:16,17 - Genesis 8:22