Wij wachten op het uur dat Gij
Uzelf ons openbaart en wij
met U bezield ontwaken,
in vuur en vlam geraken.

Kom dan, o Geest, beroer de tong
van uw gemeente en verjong
de woorden die wij spreken
tot frisse waterbeken,

opdat wij zijn tot lafenis,
tot bron voor al wie dorstig is.
Kom, adem Gods, wij smeken
u om dit levensteken.

Uit: Jan Groenleer, 'Witte kaarsen'.