(vrij naar Johannes 4

Zij zonder naam
gelooft niet meer
in eeuwige liefde
maar kan ook niet
zonder man
wil elk tegemoet komen
uit de weg gaan

naamloze afstand
brengt haar
bij de bron
maar dan eindelijk
ziet iemand haar staan

Hij die zelf
de liefde is altijd op zoek
naar de ander
zal steeds over grenzen van
vijandschap stappen

weet ook dat
zonder echte ontmoeting
met de ander
leven onmogelijk is
laat kwetsbaarheid zien
als wandelende waarheid
heeft haar toch nodig

in gesprek over God
drinken ze samen
hij bied haar stromen
van ander water aan
dan kan zij in vrede
haar kruik
laten staan