Elke ademtocht,
geen komt er uit mezelf
dan van U alleen,
door U gegeven om te leven.

Ik mag huilen van verdriet,
ook van ontroering en geluk,
maar vergeten wil ik niet
om U steeds te bedanken.

Elke ademtocht
– meest onbewust en ongeweten –
mij gegeven hoort aan U.

Hoe kan ik steeds vergeten:
al mijn adem – die niet de mijne is –
moet voor U lofzang zijn:
in al mijn denken en mijn doen,
in waken en in slapen,
in vreugde, in verdriet en pijn.

Het meest ben ik wel U misschien
en U mij nabij
als ik niet zo nadenk over wat ik doe,
als ik maar denk aan wat U doet voor mij.

29 juli 2012

27 juli 2012 verliet ik mijn woning naar de dagbesteding met de gedachte en het gebed: “Laat elke ademtocht U tot lofzang zijn!” Meteen had ik er zo mijn bedenkingen bij: “Vrome wens” en dacht er verder niet meer aan. Of af en toe toch een beetje?

Na de koffie- en theepauze was er een vragenspelletje. Toen ik aan de beurt was voor een vraag op een kaartje (in kleur overeenkomend met de zijde van de rondgaande, gegooide grote dobbelsteen van zacht materiaal) luidde de opdracht: “Zing een liedje, vrij naar eigen keuze.”
Ik wist zo gauw niets, deed mijn handen voor de ogen en zocht naar wat te zingen.
Het was niet eens een vraag in gebed ervoor, maar ineens “wist” ik het en zei: “Dit kennen wij allemaal”. Inzettend met: “Dank U” vielen meteen stemmen in met “voor de nieuwe morgen.”
Na enkel regels zongen alle aanwezigen mee.
Volgende coupletten herinnerde ik me niet, maar dat vond niemand erg (ik ook niet).
De leidster zei: “Het is lang geleden dat we dat gezongen hebben”.
Ik dacht, maar zei niet: “Ja, dacht ik al!” en dankte God voor de ingeving.