Een zoon of dochter
heeft ze nooit gekregen,
wat had ze dit ook
graag willen beleven.

Er zijn momenten en
dan voelt ze de pijn,
dat zij nooit een
moeder zal zijn.

Idealiseren doet ze
het moeder zijn niet,
en misschien wordt ze
gespaard voor veel verdriet.

Ze weet dat je niet altijd
een moeder moet wezen,
om liefde en aandacht
aan kinderen te geven.