Jezus,

In de heuvels klonk de fluit
van een herdersjongen.
In het dorp beneden
zong een vrouw
een teder wiegelied.

In de wind maakte de fluit
zich los van haar stem.
Elke toon liet de wereld
zachtjes uitsterven.

Boven op de berg
luisterde de stilte
naar het gesprek
met Jouw Vader.

Slechts een mantel 
van sterren
omhulde het geheim
van jullie samenzijn.
Jij was één met hem.

Wij, mensen,
kunnen Zijn Naam
slechts stamelen,
in een schuchtere poging
tot gebed.

Doch in onze ziel
blijf Jij voor eeuwig
fluisteren: " Abba, Vader".