nog nimmer
zag ik het onzienlijke
nimmer de diepte
van uw grootsheid

het oneindige
is uw deel
wat is de mens
min en slechts een
schamel deel

en daarvan
slechts een stip
omdat nog kleiner
niet zichtbaar is

in de naaste
zou u zijn
in de bloem zou u zijn

in leed
in verdriet
in sterven
zou u zijn

geen woorden
voor uw aanwezigheid
geen beeld van u
raakt mij

ja slechts fantasie
is ons deel.
verstaan,
omvatten
zijn mensenwoorden

toch blijkt u
in alles en iets
zoekend naar
uw zelf en niets

niets is alles,
blijkt ook nog
alom en durend
te zijn

hoe kennen wij
dan uw zijnde,
vaak vertwijfeld
bij ons einde

liefde
zou u zijn,
dragend zou u zijn
bij onze pijn

ik , mens, die
erken,
zeggenschap heb ik niet:
de zogenaamde vrijheid?
die mij verleidt

zo zie ik de scheppende
zonder te zien,

hoor hem
zonder te horen,

voel hem
zonder te voelen

maar ervaar
zonder te kennen,
niet wetend hoe het heet,
dat moet ik erkennen,
dat het IS
al voel ik vaak het gemis


julius dreyfsandt zu schlamm


2 maart 2006