Eén alleen is maar twee handen,
zijn twee voeten en een mond,
enkelvoud zal meestal stranden,
één klein kaarsje op de grond.

Eén alleen kent haar beperking,
want twee handen is niet veel.
Ook jouw handen zijn versterking,
jouw ontmoeting draagt haar deel.

Want met velen kun je wagen
wat eerst nog onmoog'lijk scheen.
Met z'n allen kun je beter dragen,
draag je meer dan één alleen.

Dan is 'samen' duizend handen,
duizend voeten om te gaan.
'Eén groot licht zal dan gaan branden,
ja met velen kun je 't beter aan.

Al die handen vlechten dromen
diep het zware mensenleven in.
En Gods geest doet overstromen
dwars tegen de verdrukking in.