Ik stond bij de begraafplaats
er naderde een lange stoet
van gebogen mensen
met een last
en toen ik in mijn ogen wreef
werd het mij pas helder:
ze hielden Jezus vast!
 
Ze wilden Hem begraven
want deze God die anders was
dan zij dachten, hoopten,
was door hen 
unaniem dood geredeneerd:
‘als we Hem niet begrijpen
kan Hij niet levend zijn.’
 
Achter ’t hek danste een kind
genietend in stralen van goud
zo licht als een veertje
vol dromen
want God was haar Vader zo groot
maar zo dichtbij dat Hij
in haar hart kon wonen!