De torenklokken luiden,
ze roepen door elkaar.
We weten wel wat ze beduiden:
wat mensen hier, wat mensen daar.

De deuren staan al open,
de kosters doen hun werk.
Ik zie al mensen lopen,
fijn naar hun eigen kerk.

Ik zie de buurvrouw gaan en Piet
en ook de kinderen van Jansen.
maar Rosa? Nee die gaat weer niet,
de rest verslaapt zijn kansen.

Mijn hart huilt om de mensen die niet gaan,
zich niet door klokken laten roepen.
Toch zie ik z' aan 's hemels poorten staan,
echt bij elkaar, niet in aparte groepen.