Als God een keer brengt in de tijden,
als God Zijn volk weer op doet staan,
dan zullen kinderen zich verblijden
en ouden nieuwe wegen gaan.
 
Als duisternis door licht verdreven,
de aarde uit haar donkerheid,
door Goddelijk Zonlicht wordt omgeven,
dan vestigt God Zijn Koninkrijk.
 
God zal Zijn eer, Zijn roem, Zijn daden,
inprenten in de Joodse geest.
Dan zijn zij niet meer de versmaden,
dan leeft heel Israël door Zijn Geest. –
 
De Libanon zal bomen geven,
de cipres, de plataan, de den.
Van vreugde zal de aarde beven….
De Redder noemt Zijn naam: Ik Ben !
 
Het koper zal in goud veranderen,
het ijzer in een zilvergloed.
Ja, hardmetalen zullen smelten,
als God gerechtigheid hen doet.
 
Dan zal de muur weer Heil verkonden,
dan zingt men onder poorten lof.
Dan roepen alle Joodse monden:
“Ja, God is met ons, dat is  “Tov !”
…………………………………………………………..
 

………………………………………………………………………………….