Lieve God, Uw wil geschiede,
alles wat U doet is wel gedaan.
Uw genade alleen is mij genoeg.
Kome wat komt, laat het gebeuren,
want nooit zal mij aan iets ontbreken.

Slenteren, rennen,
struikelen en vallen,
rusten, zitten of liggen,
slapen en weer opstaan:
ik vrees voor geen kwaad,
al ga ik door duistere dalen.

Stap voor stap en voor stap
wandelend, hand in Hand, 
met mijn staf en mijn stok,
mijn gids, mijn trooster,
mijn rots en Heiland,
mijn hulp, Redder,
geliefde, herder.

Vrij, bevrijd, vervuld, geheeld,
geheiligd, kennend, gekend,
voorbij alle verdriet en pijn,
in volheid en voleinding
voor altijd gevonden.

Met blik gericht 
op het kruis dat mij 
overeind houdt, opgericht,
zoekend naar Uw Koninkrijk,
soms al even in het hier en nu
ga ik van paradijs naar paradijs,
naar mijn uiteindelijke bestemming:
levend uit en wandelend aan Uw Hand,
uur na uur, dag na dag, de eeuwigheid in.

2004