Heere, hoe U met ons wilt verder gaan,
dat hebt U in Uw Woord geschreven;
wij, die hier nu in de aardse dagen staan,
wij zijn nog in het tijd’lijk leven

en weten, dat wij eens naar die grens gaan:
daarna begint het eeuwig leven;
o Heer, wil dan aan ons, die daar voor staan,
Uw hand en Uw geleide geven

de Heere zegt daarover in Zijn Woord,
dat gold voor toen, het geldt voor alle tijden,
tot ons, tot ieder die naar Zijn stem hoort,
dat Hij, de Heere, ons zal leiden

in aardse tijden, en in eeuwigheid,
dat er bij Hem is: eeuwig leven,
dat we van Hem zijn, nu en voor altijd,
en Hij ons nimmer zal begeven

dat wie in Hem gelooft, niet sterven zal
maar eeuwig met de Heer zal leven;
de jaren daar, die kennen geen getal
in d’ eeuwigheid die God zal geven

de Heer gaat verder, en Hij zegt er bij
dat wie die grens reeds over gingen,
bij Hem zijn:"allen leven zij, voor Mij",
de Heer; laten wij Hem bezingen

Heere, hoe U met ons zult verder gaan,
dat hebt U in Uw Woord geschreven:
wij, die hier nog in de aardse dagen staan,
wij gaan naar U, in ’t eeuwig leven

bij Johannes 11, vers 25 en 26