Spelend, vrij en geborgen,
zonder dat ik ‘t besef had,
van vandaag of morgen,
toen hebt Gij mij al lief gehad.

In een jeugd, zorgeloos en vrij,
spelend op ‘t land, of in ‘t nat,
met vrienden, vrij en blij,
ook toen hebt Gij mij lief gehad.

Ik groeide op, weerbarstig, broos,
Zocht elke keer mijn eigen pad,
zonder dat ik U verkoos,
en toch..., hebt Gij mij lief gehad.

Mijn werk ging voor, wat er ook was,
ik tierde, vloekte, of ik bad,
tot ik van ziekte niet genas,
en steeds, hebt Gij mij lief gehad.

Heer, altijd bleef Gij aan mijn zij,
in blijdschap, als ik in nood zat,
altijd was Gij mij nabij,
zo lief hebt Gij mij steeds gehad.

Als ik aan het eind van mijn dagen,
tot U nader, door het graf,
zal ik antwoorden op Uw vragen:
"Vergeef mij, in liefde die U gaf."