Een dankgebed aan God als daagse start,
gelijk een lichtje naar Hem opgeheven,
geschenk aan Hem die ons verleende leven,
beschijnt tezelfdertijd ons eigen hart.

In vreugd en vrede is een dankbaar hart,
in dankbeden zijn lichtdraden geweven,
die aan het lichtkleed meer verlichting geven,
verlichten en verzachten onze smart.

Oprecht God danken, danken, nog eens danken,
herhaalt Hij : menig mens, in veel verwend,
vergeet meest, vòòr het vragen, eerst te danken.

Laat ons veel vaker nemen een moment
voor 'n loflied aan de Heer om Hem te danken
voor ons bestaan, waaraan wij zijn gewend.


Filippenzen 4 : 4-7