- misschien wat overdreven –
besef ik dat het hete weer
me dwingt het op te geven.
Vandaag maar even niets meer doen
vooral niet veel bewegen
en zuchtend plof ik in een stoel
ineens geluid van regen.
Al klinkt het als een zegening
gelukkig zit ik binnen
de tuin verlangde hier wel naar
toch moet ik nu bezinnen.
Het zonnescherm staat uitgedraaid
doorweekt door al dat water
helaas was ik – alweer - te laat
het droogt wel, dat kan later.
Het viel met bakken uit de lucht
daar wil ik God voor prijzen
dat Hij ook deze hete dag
Zijn goedheid kwam bewijzen.
Nu huppel ik haast door de tuin
wie kon dit niet gebruiken?
Als parels zijn de druppeltjes
op planten, bloemen, struiken.
(De regen stroomde neer en de zon kwam op) Het huppelen in dit gedicht is iets te overtrokken, de lenigheid neemt af met de jaren, maar de humor blijft.
-