Dank U, Heer, dat ik oud mocht worden,
De tijd van rust en stilte heb bereikt,
Zodat ik nu voor U mag rijpen
En groeien naar de heerlijkheid.

'k Heb tijd voor gebed en meditatie,
voor lezen in Uw heilig woord.
'k Ontdek daarin steeds nieuwe schatten.
Oude woorden, nieuw gehoord.

Veel dingen zijn niet meer belangrijk
Niet boos meer om een kleinigheid.
Waar zal ik mij nog druk om maken
Zo in het licht van de eeuwigheid.

Ik tob niet meer met zoveel zorgen
Waarvoor toch zou ik angstig zijn?
In al die jaren mocht ik leren:
Gods zorg en liefde zal bij mij zijn.

O, ja, het donker wordt steeds dichter
'k Ben steeds meer eenzaam en alleen
het leven valt me ook steeds zwaarder
maar 'k ga naar huis: naar Jezus heen.

En dat vooruitzicht geeft mij krachten
Helpt mij door alle dalen heen.
Nu nog het heimwee, nog de tranen
Straks zing ik met de engelen mee!