Laat mij het harte aan U geven,
kom in mij met Uw tederheid.
Laat mij in tijd en eeuwigheid
van Uw genade leven.
Wees in mij liefdevol nabij
en sla Uw armen om mij heen.
Wees bij mij als ik lach of ween,
in alle dingen aan mijn zij.
Wees toch de hartslag die ik ben,
en geef mij troostend warmt' en licht,
wees God die mij mijn voeten richt.
Nu roem ik U, omdat 'k U ken,
mijn Heer, in alles voor mij Koning,
in 't leven bent U mijn bekroning.