Lief kindje, nog zo klein,
jij bent in blijheid geboren
om in deze wereld te zijn,
als een roos zonder doren.

Slaap nog maar stil en zoet,
je oogjes stijf dicht geknepen.
Je lach en traan beide goed,
zonder woorden al begrepen.

Straks is er tijd voor leren,
wijsheid zal de jouwe zijn.
Vele dingen zul jij begeren,
maar kennis vermeerdert pijn.

Daarom wens ik jou boven al,
altijd met je Schepper te gaan.
Hij leidt je over berg en dal,
leert jou op de Rots te staan.

Lief kindje, nog zo klein,
denk nog niet aan morgen,
geniet maar van ’t baby zijn,
want God zal voor jou zorgen!