Er zat een adelaar in het kippenhok
Hij ging al jaren met de kippen op stok
En hij weet dat hij er anders uit ziet
Maar dat deert hem en de kippen niet
En toch mist er iets, wist hij
Ik hoor er toch niet helemaal bij
Kippen scharrelen, voor de rest niets
Maar ik, ik wil echt iets
Wat is dan dat grote gemis
Hij was er nog niet achter wat dat is
Tot hij op een dag naar de hemel staarde
Hij zag een roofvogel hoog boven de aarde
Vliegen en verdwijnen aan de horizon
Hij spreidde zijn vleugels en begon
Aan het lange oefenen en proberen
Langzaam maar zeker ging hij het leren 
Hij liet zich zweven op de wind
Als een adelaar, als Gods kind

Ik heb dit gedicht gemaakt naar aanleiding van de preek op de eo jongerendag.