Iedereen, vond ik, heeft gemakkelijk praten,
hoe kan ik alles toch loslaten?
Soms zijn er zoveel zorgen, vragen,
en is er ook zoveel te klagen.

Totdat ik naar boven blikte, omhoog,                 
toen keek ik in Gods vriendelijk oog?                  
Het was alsof Hij mij toen zei;
Mijn kind, laat los, voel je toch vrij.

Ik hou je vast, in Mij ben je geborgen,
met al je leed, kommer, kwel en zorgen.
Hoe en waar je ook bent bezeerd,     
in Mijn handen ben je gegraveerd.

Geloof Mij toch, ik laat je niet gaan.
Vertrouw Mij toch, je kunt op Mij aan.
Bedenk toch, wat jou ook smart,
jij hebt een plaatsje in Mijn hart!