mijn leven zwaar geschonden
van liefde wreed ontroofd
slechts levend nog in zonde
door pijn en haat verdoofd
ontliep ik morrend, boos mijn God
verstikte in mijn lot
 
de jaren die verdwenen
zijn ras voorbij gegaan
’t verdriet dat ik beweende
bleef in de weg mij staan
niet langer Jezus als mijn Heer
zag ik geen uitkomst meer
 
de heimwee naar Zijn liefde
straf knagend aan mijn hart
alwaar het mij doorkliefde
mijn denken had verward
bepaalde mij steeds weer bij Hem
en ‘t roepen van Zijn stem
 
Hij heeft mijn ziel verbonden
gebroken, leeg, vergaan
de snijdend, diepe wonden
en elke bitt’re traan
die ik ooit huilde in de nacht
heb ik mijn God gebracht
 
en aan Zijn reine voeten
waar ik gebroken knield’
mocht ik Mijn God ontmoeten
toen mij de last ontviel
Hij vergaf mij al mjn schuld
heeft mij met vree vervuld

voor eeuwig mag ik weten
de Heer heeft mij gered
nooit zal ik nog vergeten
hoe  door intens gebed
God mijn leven inhoud gaf
niets neemt mij dat ooit af