De dag dat alle vleugeltjes trillen,
pijn doen van Uw lente in ’t verschiet.
Al wat leeft zich zal verstillen,
de ziel zal neuriën het vrolijk welkomstlied.

Kan niemand er nog aan weerstaan,
worden alle binnendeurtjes opengedaan.
Volgens het enige Koninklijke besluit
vliegen de eigen ikken eruit.

In het hart komt op de troon,
niemand minder dan Gods enige Zoon.
Onderwerpend aan Zijn Vader
brengt Hij iedereen thuis,
eindelijk zijn we allen één
in het Vaderhuis.

(elke knie zal zich buigen)