Een grote, ontelbare menigte van
mensen met witte klederen aan,
met palmtakken in de hand waren
ze voor de troon gaan staan.
 
Men zingt liederen om hun
God te loven en te prijzen,
Zij zijn ons al voorgegaan en
mochten naar de hemel afreizen.
 
We leven nu nog op aarde
met verdriet, moeite en pijn,
kan er soms naar verlangen
eenmaal bij Hem thuis te zijn.
 
We mogen nu al heiligen zijn
want U hebt ons apart gezet,
bij deze groep mag je horen
als je door Jezus bent gered.
 
We moeten nu  nog even
volhouden in ons aards bestaan,
met de belofte dat we eenmaal
de hemel mogen binnengaan.

Openbaring 7