Als ik eens aan mezelf zou ga merken
Dat ik te oud word om te werken…
Hoef ik niet op een dag op zoek te gaan
Naar iemand die dan op mijn plaats kan staan.

Ik zal mijn Zoon het vak heel goed leren
Hoe Hij kan bouwen, renoveren
Welk gereedschap Hij steeds moet hanteren
welke kunsten Hij nog moet aanleren.

Jezus werkte als jongetje al mee,
was toen met Zijn positie tevree.
Jezus hielp zijn vader maar al te graag:
“Mag ik thuisblijven,” was voor Hem geen vraag.

Al werkend, zagend stevige bomen
zag Jozef zijn droom al uitkomen:
Zijn geslacht dus ook timmerman als vak?
Al werkend op de grond en op een dak?

Jozef moest er achter worden gebracht
dat het niet zou gaan zoals verwacht.
Hij moest Zijn Zoon in de toekomst afstaan
om in de weg van Zijn Vader te gaan.

Jezus had veel talenten gekregen,
op een ander terrein gelegen:
Zichzelf wegcijferen voor zondaren
die echt geen genade waardig waren.

Jezus hield er van harten te raken
om het te roepen van de daken:
“Bouw niet op jezelf…, verlaat je op Hem!
Bekeert U, volg Hem, luister naar Zíjn stem…!”

Jozef heeft het een plaats moeten geven
Dat het anders liep in zijn leven.
Er ging een grote streep door Jozefs plan…
Jezus Zaligmaker, geen timmerman.

Zijn genade gaat door geslachten heen
al was Jozef in zijn werk alleen.
Zijn Zoon leefde, stierf, stond op uit de dood
om te redden uit alle (ziele)nood.