In een wereld die vaak pijn lijdt
geeft God ons Zijn eigen Zoon.
Die Zijn kracht ontplooit in kleinheid,
door een stal en doornenkroon.
Die het kwaad bestrijdt met ’t goede
en de laatsten eersten maakt.
Die ons opneemt in Zijn hoede
en zo mensenharten raakt.
 
Hij die ons als Kind vertedert,
toegejuicht, maar ook bespot.
Hoog verheven, diep vernederd,
mens geworden Zoon van God.
In Zijn kleinheid zo bescheiden,
in Zijn grootheid niet bevat.
Kwam op aard de mens bevrijden,
leidt ons op het levenspad.
 
Laten wij Gods Kind aanvaarden,
zoals Hij ons heeft aanvaard.
Dan komt vrede op de aarde,
liefde  nooit geëvenaard.
Stel je hart voor ’t Kindje open,
ver weg wordt dan heel dichtbij.
Zo gelovend mag je hopen,
dat Hij komt voor jou en mij.

melodie: Alle volken looft de Here