Niet af en toe wel
en dan weer niet

niet Ik zie je wel
Ik zie je niet

maar altijd
-van eeuwigheid!-
is Uw oog op mij
en heeft U mij lief

niet als ik het verdien
niet alleen als ik het voel
niet omdat ik het begrijp

maar omdat ik lees
dat U van mij houdt
als ik in Uw ogen kijk

roep ik het van de daken
zing ik het op de straten
vertel ik het aan de mensen:

IK HEB EEN VADER
uit duizenden
zo dichtbij
al lijkt Hij ver
en Hij verduurt
de tijd
blijft tot
in eeuwigheid!

Dit gedicht is het vierde uit een serie over de namen van God vanuit Jes 9:5