Mijn HEER,
ik bouw het huis van mijn bestaan
op de fundamenten van uw Woord,
zodat het stevig staan zal
als stormen opsteken.

Mijn HEER,
wilt u nu dat dit huis
vervallen zal tot oneer,
een bouwval worden zal,
rijp voor de sloop,
onbewoonbaar verklaard voor u?

Mijn HEER,
ik erken u als Bouwmeester
van ons leven,
daarom alleen geloof ik,
dat uw Geest woning
in Maria maakt.
Maar, beseft u dan niet,
dat de mensen met
hun woorden honend
mokeren zullen, zij de
muren van bescherming
rondom haar leven afbreken
zullen, haar begraven zullen
onder de stenen van de wet?
Daarom, mijn HEER, zal ik
huis en haard verlaten, zodat
mijn Maria veilig wonen kan.

Mijn HEER,
antwoord mij vanuit uw hoge woning,
schuur en schaaf mij, zodat
ik passen zal in uw bestek;
ik wil niet wonen in een huis
waar u niet thuis kunt zijn.

Mijn HEER,
en dan het Kindje dat u vormt
onder Maria's hart;
geeft het een huis waar Het
liefde vinden zal en als u
wilt dat ik mijn steentje bijdraag,
ik zal het doen.

Niet mijn wil, HEER, uw wil is
het meetsnoer waarlangs
ik mijn leven leg.
Amen.



(bij Mattheus 1: 18 - 25. Jozef verneemt dat Maria in verwachting is van de Geest.)